Stichting Ontwikkelingshulp Kenia – Wim van den Burg
Als we uit het raam kijken, zien we een prachtige heldere regenboog.
Wim zegt dat hij het leuk vindt om er weer te zijn. Morgen gaat hij terug naar Kenia. Maasland is ook een bijzondere plek, hij heeft hier jarenlang gewerkt. Hij heeft zelfs les gegeven in de Magneet toen er verwarmingsproblemen waren. Wim heeft zijn zoon Casey meegenomen. Hij is nu 9 jaar. Als Wim in Nederland is, gaat Casey naar school in de Heenweg.
Het verschil tussen Kenia en Nederland is enorm. Van een lemen hut naar alle luxe in Nederland.
Wim is erg dankbaar dat het nog steeds erg goed gaat bij de projecten.
30 jaar geleden, in juli 1989, is hij naar Kenia toegegaan en hij heeft al veel meegemaakt. Er waren ook tegenslagenslagen en moeilijkheden, maar hij kan zeggen dat hij daar sterker uit is gekomen.
Er is de laatste tijd meer gevaar voor terrorisme. De Nederlandse overheid geeft aan dat je niet in dat gebied mag komen. De terroristische aanval van Al Shabaab in 2014 heeft een enorme impact gehad. Er waren 1000 doden. Zelf is Wim met zijn gezin het maïsveld in gevlucht en hebben ze het gelukkig overleefd. Tegenwoordig kunnen ze niet meer zonder bewaking (bewapende soldaten). Wim is de enige blanke en hij kan een doelwit zijn.
De school heeft 280 leerlingen. Dat is groot genoeg.
Het onderhoudsteam is verder gegroeid, het bestaat nu uit 80 personeelsleden. Zij maken bijvoorbeeld de schoolbanken zelf en spellen voor de kinderen. Wim vindt het erg mooi en is heel dankbaar. Hij vindt het erg belangrijk dat het geld goed wordt besteed. Wim vindt het ook belangrijk om regelmatig berichten te sturen zodat mensen kunnen zien wat er gebeurt en op de hoogte kunnen blijven. Wim is blij dat zijn gezondheid nog steeds goed is. Hij doet het werk met plezier.
De Keniaanse president is twee keer op Tamani geweest. Hij heeft zelfs de spreuk ‘Tuko Pamoja ‘ (=Samen één) overgenomen voor zijn partij.
Tamani is de beste school van het kustgebied. De kosten zijn best laag en het onderwijs is goed. Wim kijkt of de intelligentie van de kinderen goed is, zodat zij kunnen doorstromen naar goede scholen later.
Vorig jaar is Aart van den Bos (penningmeester Streekverband De Tien) op bezoek geweest in Kenia en Wim toont hier beelden van en vertelt over de overstromingen, de ramen voor de kerk, het bidden voor hem en over dat christelijk zijn uit daden spreekt. Aart legde nog uit aan de mensen hoe je compost kunt maken.
Wim laat ook aan de hand van filmpjes zien (gemaakt door een oud leerling) hoe het land eruit ziet, de school (Tamani) en Farmers Court. Het voedsel van Farmers Court wordt gebruikt op school. Ook wordt er af een toe een stier geslacht en wordt er melk verkocht. Zo zijn ze niet alleen afhankelijk van giften. 100 kinderen worden gesponsord.
Ook een school die hij in het verleden heeft neergezet in 1995, bezoekt hij nog steeds. De school ziet er nog goed uit. In de loop van de tijd zijn zo’n 50 scholen gebouwd en meer dan 80 waterputten geslagen. Ook zijn in het verleden kinderen van andere scholen gesponsord tot en met de universiteit.
Op Tamani zijn ook 25 computers. Toegang tot het internet is er duur, je moet er bundels kopen.
De stroom valt er dagelijks uit. Door generators kan het werk doorgaan.
Zonnepanelen zijn goed, maar de stroom is nog moeilijk op te slaan (accu’s zijn duur, gaan kort mee). Als daar een betere manier voor komt, zou Wim meer zonnepanelen willen.
Belgie had windmolens over, die konden naar Gambia. Wim vraagt zich af waarom Gambia de afdankertjes moet krijgen.
Wim heeft goede contacten met de boekhandels voor schoolboeken en regelt altijd korting.
Wim geeft Engelse les.
In de vakantie heeft Wim kinderen werkboeken meegegeven. Ouders betaalden daar ook een bedrag aan mee.
Schooltijden zijn anders dan in Nederland: ma – vr van 7.00 uur – 17.00 uur plus zaterdagmorgen. Er is orde en respect op school. Twee keer per week wordt het volkslied gezongen, elke dag is er een dagopening. Kinderen vinden het leuk en fijn en er zijn geen klachten over.
De kinderen mógen naar school. (In Nederland móeten ze naar school).
Er zijn geen ziektes als autisme, ADHD enz. Het is een uitzondering als een kind iets mankeert.
Er is soms wel een kind met HIV besmet.
Sommige kinderen komen door de armoede met een lege maag naar school. Zij vragen ook vaak de restjes uit de keuken.
Wim vertelt over het examen doen, vorig jaar was dat voor het eerst op Tamani. Verder over de boeken die alleen in de bibliotheek gelezen mogen worden, over extra naar de bibliotheek komen door de kinderen, rondleidingen op Farmers Court, pomp vervangen en bijenkasten maken.
Ook over de dodenherdenking, in Kenia is dat in december. Ze herdenken dat ze zijn onderdrukt door de Engelsen.
Door droogte komen er ook weer problemen: De koeien moeten ook gevoerd worden , maïs oogst mislukt, dus maïs kopen. Water = leven.
Ook is Janets Well gemaakt (hadden we een mail over gekregen): in cement een ode aan de zus van Wim. Ann heeft het nog geschilderd en nu ziet het er erg mooi uit.
Er wordt gevraagd of er ook contact is met de Girls Empowerment Foundation. Dat is er niet. De afstand tussen beide projecten is groot. Kenia is 25 x zo groot als Nederland. Wie weet in de toekomst.
Wim heeft veel geleerd de jaren dat hij nu bij het project is. Over een andere cultuur, over de corruptie en dat alles gecontroleerd moet worden. Wim wil het nog blijven doen zo lang zijn lichaam het toelaat.
Hij is er blij met de nodige steun van Pedro Mostert. Ook vertelt hij hoe het allemaal begon; o.a. Martin Zwaard en de kerken hebben enorm geholpen.